GEMEENTE TYNAARLO | |||||
Op deze pagina een overzicht van de plannen waarin het Natuurplatform zich de afgelopen periode heeft verdiept | |||||
04-07-2014 | Beroep Natuurplatform bij Raad van State tegen bestemmingsplan buitengebied Tynaarlo | ||||
Op 4 juli 2014 is er een zitting van de Raad van State in Den Haag over de bezwaren die zijn ingediend tegen het bestemmingsplan buitengebied van de gemeente Tynaarlo. Ook het Natuurplatform zal daar haar visie naar voren brengen. Ons bezwaar betreft twee hoofdpunten:
Er van uitgaande dat een nieuw bestemmingsplan bedoeld is om de bestaande regelgeving aan te passen aan een gewijzigde situatie, conform de heersende beleidsvisie, zijn we van mening dat de gemeente hier onzorgvuldig heeft gehandeld. |
Zie voor de voorafgaande stukken over dit onderwerp ons verslag over 2013 | ||||
Commentaar van het Natuurplatform bij de toekenning van bouwvlakken aan boeren die reeds gestopt zijn: | |||||
Veldinventarisatie als methode voor vaststelling status quo | |||||
Bepaling van bouwvlakken | Volgens de Gemeente Tynaarlo zijn de toegewezen bouwvlakken gebaseerd op veldinventarisatie (lees: Google-kaarten), milieugegevens van de gemeente en het vigerende bestemmingsplan. Dat dit geen goede basis vormt voor de toekenning van bouwvlakken, blijkt uit het feit dat aan een aantal voormalige boeren, dat inmiddels gestopt is met hun bedrijf, toch een bouwvlak is toegewezen. De toevoeging door de gemeente, dat dit gewijzigd kan worden in het vast te stellen bestemmingsplan, wanneer uit de milieugegevens van de gemeente blijkt, dat het bedrijf inmiddels is gestopt, is een loos argument. De boeren waar het om gaat zijn namelijk al duidelijk aantoonbaar gestopt en worden ook door de Belastingdienst niet meer als bedrijf gezien. Toch hebben ze hun milieuvergunning en hun bouwvlak behouden. Dat betekent dat de gemeente verzuimd heeft de milieuvergunning aan te passen aan de bestaande situatie. Dat het land door anderen wordt gebruikt, betekent niet dat de eigenaar ook zelf nog volwaardig boert. | ||||
Hobbyboer versus volwaardig bedrijf | |||||
Door de gemeente gehanteerde categorieën | De gemeente Tynaarlo hanteert bij het beoordelen van agrarische uitbreiding 4 categorieën:
|
||||
Rekenmodel Standaard Opbrengst | De gemeente Tynaarlo motiveert uitgebreid waarom ze van mening is dat dergelijke bedrijven nog steeds als een volwaardig bedrijf moeten worden gezien. Ook wanneer het gebied als multifunctioneel' wordt geklassificeerd, betekent dit altijd nog een uitbreidingsmogelijkheid van 1,5 ha. Wanneer de gegevens van deze bedrijven echter worden ingevoerd in het rekenmodel, dat door het CBS en het LEI (Landbouwkundig Instituut) in Wageningen wordt gehanteerd, blijken ze qua omvang en opbrengst duidelijk thuis te horen in de categorie hobbyboeren. Het lijkt ons dan ook onjuist dat een dergelijke bedrijfsomvang door de gemeente Tynaarlo wordt gekwalificeerd als ‘volwaardig landbouwbedrijf’, zoals nu gebeurt. |
||||
Voorstel voor een extra categorie: hobbyboer | In de nu gehanteerde indeling ontbreekt in feite een categorie HOBBYBOER. Dit zou een categorie kunnen zijn, waarin meer ruimte wordt gegeven aan extra schuren of bijgebouwen, voor het houden van dieren of het opbergen van hooi, stro, gereedschap en materiaal, zonder dat er sprake is van een groot aaneengesloten bouwvlak, waarop mestvergisters of megastallen opgericht kunnen worden. |
||||
Commentaar van het Natuurplatform bij het handhaven van een horecabestemming op een perceel bij De Punt: | |||||
Besluitvorming en Planvorming Transferium | |||||
Planvorming Transferium al in 2012 gestart | In haar verweer van 24 januari 2014 beweert de gemeente Tynaarlo, dat er ten tijde van de ter inzage legging van het Ontwerp Bestemmingsplan Buitengebied (januari-februari 2013) nog geen sprake was van concrete planvorming ten aanzien van een transferium bij De Punt, noch van besluitvorming. Een jaar daarvoor, in januari 2012 was de planvorming echter reeds gestart door verschillende werkteams die voorstellen uitwerkten, die werden teruggekoppeld naar een klankbordgroep, waarin o.a. ook het Natuurplatform was vertegenwoordigd. De voortgang van dit hele proces is na te lezen lezen op de website van het Natuurplatform: http://www.natuurplatform-drentsche-aa.nl/Aa_themas/-transferium2.html |
||||
Ondernemings-plan horeca | In oktober 2012 resulteerde dit in een rapport ‘Van locatie naar inrichting, achtergrondrapport transferium De Punt’. Ook het Dagblad van het Noorden wijdde er op 24 januari 2013 een artikel aan, omstreeks de tijd dat het Ontwerp Bestemmingsplan Buitengebied ter inzage werd gelegd. We mogen dus aannemen dat de plannen voor een transferium bij De Punt op dat moment algemeen bekend waren, ook bij de eigenaar van het perceel aan de Groningerstraat, waar de horecabestemming op rustte. Dat dit inderdaad zo was en dat dit bij hem ook meegespeeld heeft in zijn verzoek om die bestemming te handhaven, wordt nog eens extra duidelijk uit het ondernemingsplan dat hij bij de Raad van Stateheeft ingediend en waar op pagina 1 staat vermeld:
|
||||
Horecabestemming perceel Groningerstraat is ongewenst | |||||
Bijlage 1 situatieschets horeca De Punt |
De gemeente Tynaarlo had deze horecabestemming er in eerste instantie af willen halen, maar is gezwicht voor de argumenten van de huidige eigenaar van het perceel, dat hij daardoor financiële schade zou lijden. Het Natuurplatform is echter van mening dat een horecabestemming op die plaats niet gewenst is, omdat die een verdere verstedelijking van het gebied direct grenzend aan de Drentsche Aa in de hand zal werken. Een horecabestemming op die plaats zal een verkeersaantrekkende werking hebben en extra druk geven op dit toch al kwetsbare gebied. Ditzelfde geldt ook voor het transferium zelf, dat met een opzet van maximaal 2000 auto’s een extra belasting zal geven aan de ter plaatse toch al smalle Ecologische Hoofdstructuur, gevormd door het beekdal Drentsche Aa. Dit plan is echter nog niet opgenomen in het voorliggende Bestemmingsplan Buitengebied. |
||||
Gewijzigde situatie sinds eerste toekenning horecabestemming | |||||
Bijlage 2 Omgevingsaspecten en Nee-tenzij |
De horecabestemming op dit perceel dateert al van 30 jaar geleden, maar er is tot nu toe nooit invulling aan gegeven. Inmiddels is er in de directe omgeving veel veranderd: het perceel is nu gelegen in het Nationaal Park en Nationaal Landschap Drentsche Aa, vlak naast een waterwingebied. Het perceel is gelegen in het beekdal van de Drentsche Aa, waarvoor het ‘Nee-tenzij’-principe geldt. Het aangrenzende gedeelte van het beekdal is Natura 2000 gebied geworden en maakt deel uit van de Ecologische Hoofdstructuur, die op die plek uiterst smal is. | ||||
Openbaar belang versus particulier belang | |||||
Beleggingsobject |
De aanleg van een transferium of de bouw van een hotel zoals de eigenaar van het betreffende perceel voor ogen heeft, zijn ontwikkelingen die, volgens de Omgevingsvisie Drenthe op die locatie alleen toegestaan kunnen worden als er sprake is van groot openbaar belang en als er compenserende maatregelen worden getroffen voor de natuur. (Nee-tenzij principe) De aanleg van een transferium zal men eventueel nog een project ‘van groot openbaar belang’ kunnen noemen. Voor een hotel geldt dit echter niet. Hier is alleen sprake van particulier belang en we kunnen rustig stellen dat de eigenaar zijn perceel ziet als een beleggingsobject, dat door de aanleg van het transferium goed te verkopen zal zijn. |
||||
Afweging van belangen door de gemeente Tynaarlo | |||||
kernwaarden Omgevingsvisie |
De situatie is dusdanig gewijzigd, dat de gemeente in een dergelijk geval een afweging hoort te maken tussen enerzijds de nieuwe situatie en de waarden die in de provinciale Omgevingsvisie zijn vastgelegd, en anderzijds de mogelijke schadeclaim die zij van de kant van de eigenaar van het perceel kan verwachten. De gemeente heeft deze afweging echter niet gemaakt, maar is onmiddellijk gezwicht voor het verzoek van de eigenaar. Wij vinden dat de gemeente hiermee is tekort geschoten in haar taak het algemeen belang te verdedigen. | ||||
Jurisprudentie | |||||
Nota Uitgangspunten Bestemmingsplan buitengebied Tynaarlo |
Uit bestaande jurisprudentie blijkt, dat bij de beoordeling van de planologische aanvaardbaarheid van een beoogde ontwikkeling, niet alleen rekening gehouden moet worden met de mogelijkheden van het plan zelf, maar ook met de bestaande situatie van dit moment. Uitspraak 201201338/1/R4 en Uitspraak 200805786/1/R1 Met andere woorden: De gemeente heeft in dit geval de horecabestemming gehandhaafd in strijd met haar eigen beleid, zonder een ruimtelijke onderbouwing en zonder afweging tegen de belangen van Natuur en Milieu in het Natura 2000 gebied en het Nationaal Park en Nationaal Landschap Drentsche Aa. |
||||
29-10-2014 | Uitspraak Raad van State betreffende ons beroep tegen bestemmingsplan buitengebied Tynaarlo | ||||
Op 29 oktober heeft de Raad van State in Den Haag uitspraak gedaan over de bezwaren die zijn ingediend tegen het bestemmingsplan buitengebied van de gemeente Tynaarlo. Daarbij zijn alle bezwaren van het Natuurplatform ongegrond verklaard. |
Zie de uitspraak van de Raad van State | ||||
Naast alle andere bezigheden, hadden we weinig tijd gehad om deze zitting voor te bereiden, en kwam onze laatste 'pleitnota' niet op tijd klaar om die binnen de vastgestelde termijn
te kunnen toesturen. Omdat we er ter plekke voor kozen dit verhaal niet letterlijk voor te lezen, maar alleen vanuit onze aantekeningen mondelinge toelichting te geven, wilde men het stuk niet als volwaardig stuk accepteren en is het dus niet bij de stukken gevoegd. Door de hele opzet van een dergelijke zitting, kwam ons verweer daardoor onvoldoende uit de verf en is een aantal belangrijke punten weliswaar door ons genoemd, maar niet op schrift ingeleverd. Wellicht heeft dit ook het oordeel van de Raad van State beïnvloed. |
Zie onze volledige pleitnota, die echter niet schriftelijk is ingeleverd |
||||
Het toewijzen van een bouwvlak aan boeren die reeds gestopt zijn | |||||
'Afbouwfase' | Ter zitting heeft de gemeente aangevoerd, dat voor agrariërs die aan het afbouwen zijn, in het plan een bouwvlak is opgenomen om deze bedrijven een afbouwperiode te geven. De Raad van State heeft dit argument opgevat als een 'redelijk' uitgangspunt. Het plotseling opduiken van de term 'afbouwfase', komt ons echter voor als een gelegenheidsargument, waarmee bij de aanvankelijke toekenning van het bouwvlak beslist geen rekening is gehouden. De gemeente was zelfs niet eens op de hoogte van het feit dat er sprake was van afbouw en dat de in ons voorbeeld genoemde agrariër geen officiëel bedrijf meer was in de ogen van de Belastingdienst. Ook wist de betreffende agrariër zelf niet dat hem een dergelijk groot bouwvlak was toegekend. |
||||
'Volwaardig bedrijf' | Verder heeft de gemeente ter zitting nogmaals benadrukt dat er bij genoemd perceel sprake is van een agrarisch bedrijf, dat valt onder de werking van het Activiteitenbesluit milieubeheer. In 2010 heeft volgens de gemeente een bedrijfsbezoek plaats gevonden, waarbij de veestapel is geïnventariseerd, en ook nadien is het perceel nogmaals bekeken en heeft men geconstateerd dat ruimtelijk gezien het gebruik op het perceel hetzelfde is gebleven. De Raad van State is van mening dat het Natuurplatform deze toelichting ter zitting niet gemotiveerd heeft bestreden. Toch hebben we ook daar aangevoerd, dat een dergelijk bedrijf volgens het rekenmodel van het CBS en het LEI (Landbouwkundig Instituut) in Wageningen qua omvang en opbrengst duidelijk thuis hoort in de categorie hobbyboeren. |
||||
Toename stikstofdepositie | De gemeente stelt dat in de planregels een bepaling is opgenomen, die een overschrijding van de stikstofnorm voldoende waarborgt. In die regels staat namelijk dat een toename van stallen ten behoeve van landbouwhuisdieren niet is toegestaan, wanneer niet kan worden aangetoond dat dit geen toename van de stikstofdepositie in Natura 2000-gebieden tot gevolg zal hebben. De Raad van State oordeelt dat genoemde regels, waarbij het oprichten van bedrijfsgebouwen voor landbouwhuisdieren is beperkt tot een bepaald oppervlak en gebonden is aan de voorwaarde dat de ammoniakemissie niet mag toenemen, voldoende waarborgt dat het 'worst-case scenario' van overschrijding van de stikstofdepostie niet dichterbij wordt gebracht door de bouwvlakken die nu 'bij recht' aan agrariërs worden toegekend. De Raad van State oordeelt daarom dat de gemeente redelijkerwijs gerechtigd is dergelijke bouwvlakken aan agrariërs toe te kennen. Aan ons argument, dat de gemeente onzorgvuldig is omgegaan met het toekennen van uitbreidingsruimte, door ook aan boeren die reeds gestopt zijn een bouwvlak toe te kennen, is hiermee voorbij gegaan. Ons inziens had deze uitbreidingsruimte beter gereserveerd kunnen worden voor boeren die werkelijk willen uitbreiden. Dit had tevens een betere bescherming geboden aan het nu nog aanwezige kleinschalige agrarische landschap. |
||||
De horecabestemming bij De Punt | |||||
'Goede ruimelijke ordening' | De gemeente heeft beleidsvrijheid bij het bepalen van de grenzen van een bestemmingsplan. Deze vrijheid mag echter niet zover gaan dat ze een begrenzing kan vaststellen die in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. De Raad van State is van mening dat het Natuurplatform niet heeft kunnen aantonen dat er een zodanige ruimtelijke samenhang bestaat tussen het huidige bestemmingsplan en het toekomstige transferium, dat er voor het genoemde perceel een andere planregeling had moeten worden vastgesteld. De Raad van State houdt daarbij vast aan het argument van de gemeente dat ten tijde van de vaststelling van het plan nog geen sprake was van concrete besluitvorming omtrent een Transferium bij De Punt. Het Natuurplatform heeft echter duidelijk gewezen op het feit dat bij het ter inzage leggen van het bestemmingsplan, de plannen voor een Transferium bij De Punt al in een vergevorderd stadium waren. Wij begrijpen deze opstelling van de Raad van State dan ook niet. |
||||
'Concrete plannen voor Horeca' | De Raad van State is van mening dat het handhaven van de horecabestemming van het perceel Groningerstraat 128 te De Punt ruimtelijk gezien aanvaardbaar is, mede gezien het feit dat deze bestemming al in het voorgaande bestemmingsplan aan dit perceel was toegekend. Nu de eigenaar heeft aangegeven dat hij concrete plannen heeft om uitvoering te geven aan deze bestemming, door het overleggen van een ondernemingsplan, is de Raad van State van oordeel dat de gemeente deze horecabestemming in redelijkheid heeft kunnen handhaven. Het Natuurplatform blijft echter van mening dat het ondernemingsplan van de eigenaar van dit perceel alleen speculatieve doelen dient, en dat het plan ook overigens zo amateuristisch in elkaar zit, dat geen bank de benodigde lening zal willen verstrekken. Met andere woorden: dit plan is fake en dient alleen om de waarde van het perceel omhoog te brengen voor verkoop aan een toekomstige horeca-exploitant, die hiervan gebruik wil maken, wanneer de transferiumplannen zullen worden uitgevoerd. |
||||
naar top van pagina |